De doelstelling bij het inrichten van een magazijn is in beginsel voor ieder bedrijf gelijk: Het behalen van een maximale opslagcapaciteit tegen de laagste prijs per locatie en met behoud van maximale efficiëntie. In de praktijk worden echter lang niet altijd de meest efficiënte en economische keuzes gemaakt. Dat stelt SSI Schäfer in een recent verschenen white paper.
“Vaak gaan bedrijven bij de aanschaf van een palletopslagsysteem voor de bekende en in hun optiek veilige weg. Bijna als vanzelfsprekend wordt gekozen voor een conventionele oplossing, terwijl er systemen zijn die vaak beter tegemoetkomen aan de algemene doelstelling; het behalen van een maximale capaciteit tegen de laagste kosten en de hoogste efficiency”, opent Rolf Rappange, specialist dynamische systemen bij SSI Schäfer. Hij schreef een white paper waarin hij het keuzetraject van de logistieke eindgebruiker probeert te doorgronden.
Volgens Rappange zijn er meerdere redenen aan te geven waarom conventionele opslagsystemen nog steeds de voorkeur krijgen boven bijvoorbeeld verrijdbare en satellietsystemen. “Er wordt nog meer aandacht besteed aan het gebouw dan aan de eigenlijke functie en inhoud. Men is onvoldoende op de hoogte over de beschikbare systemen en de eigenschappen daarvan. Bovendien hebben aannemers vaak een adviserende rol en bouwen zij natuurlijk het liefst zo groot mogelijk. Daarnaast geldt dat onbekend onbemind maakt; het is makkelijker om voor de bekende ‘veilige’ weg te gaan. En, last but not least, er zijn in de markt nog steeds vooroordelen en misvattingen over bepaalde systemen”, stelt hij.
‘Misvatting’
In zijn white paper behandelt Rappange de verschillende vooroordelen, waarbij hij verrijdbare systemen als uitgangspunt neemt. Verrijdbare systemen kenmerken zich onder meer door hun compactheid, de bereikbaarheid van individuele locaties en de hierdoor te behalen maximale bezetting- of vullinggraad.
“Een vaak gehoorde misvatting is dat verrijdbare systemen te prijzig zijn”, constateert Rappange. Hij vervolgt: “Niets is echter minder waar. De praktijk leert dat verrijdbare systemen vaak juist de meest economische oplossing zijn.”
De hoogte van een totale investering en de uiteindelijke prijs per opslaglocatie wordt bepaald door vier factoren: het stelling of opslagsysteem, de bedieningsapparatuur, de bouwkundige kosten en de bezettingsgraad. Om tot een vergelijk te komen neemt Rappange in zijn white paper als uitgangspunt een magazijn met een oppervlakte van 3.000 m², inclusief ruimte voor expeditie, waarin europallets zes locaties hoog kunnen worden opgeslagen en voor de in- en uitslag gebruikt wordt gemaakt van twee trucks.
Puur op basis van de investeringskosten voor het opslagsysteem zijn de kosten per palletlocatie in het gekozen voorbeeld inderdaad beduidend hoger dan die in een conventioneel magazijn (tabel 1). Vergeleken met de nog steeds regelmatig toegepaste inrijstellingen zijn de kosten echter een stuk lager.
Als ook de bedieningsapparatuur in het rekenvoorbeeld wordt verwerkt (tabel 2) valt op dat de kosten per pallet in conventionele magazijnen fors stijgen, terwijl de toename bij satellietsystemen en verrijdbare systemen aanzienlijk minder is.
Wanneer vervolgens ook de bouwkundige kosten van het magazijn in het rekenvoorbeeld worden meegenomen, blijkt dat het verrijdbare systeem zelfs de laagste investering per palletplaats oplevert (tabel 3).
Invloed bezettingsgraad
In het keuzetraject speelt ook de bezettingsgraad een rol. “Toch wordt die bij het ontwerpen van een magazijn regelmatig over het hoofd gezien”, stelt Rappange. “Je geeft aan behoefte te hebben aan een totaal aantal locaties, waarna keurig een ontwerp wordt gemaakt op basis van dat aantal, zonder rekening te houden met de werkelijk beschikbare opslagcapaciteit.”
Tabel 4 geeft aan welke invloed de bezettingsgraad heeft op een beschikbare netto opslagcapaciteit. “De bezettinggraad is absoluut van invloed op de werkelijke prijs per palletlocatie en dient daarom altijd te worden meegenomen in een prijsvergelijk”, waarschuwt de specialist.
Als in het voorbeeld de bezettingsgraad wordt verwerkt − en er dus wordt gerekend op basis van netto opslagcapaciteiten − is te zien (tabel 5) dat zeker de inrijstellingen, maar ook andere conventionele oplossingen, een hogere kostprijs per palletplaats hebben.
“De totale investering in een verrijdbare oplossing is natuurlijk hoger”, nuanceert Rappange de uitkomst. “Maar op basis van het eerder genoemde uitgangspunt is de keuze voor een verrijdbaar systeem in dit geval de meest logische. De kosten per palletplaats zijn het laagst, terwijl de opslagcapaciteit het hoogst is.”
Indien er behoefte is aan een vast aantal opslaglocaties en het te bouwen magazijn daarop kan worden afgestemd, worden de verschillen nog duidelijker (tabel 6). In dit rekenvoorbeeld bepaalt een benodigde opslagcapaciteit van 3.000 pallets de grootte van het magazijn, waarbij de pallets opnieuw zeshoog worden opgeslagen.
‘Sneller dan heftruck’

De prijs is echter niet het enige vooroordeel waar de verrijdbare systemen tegenaan lopen, weet Rappange. “Ze zouden bijvoorbeeld te langzaam zijn”, vervolgt hij. Een verrijdbaar systeem verplaatst zich met een snelheid van 4 meter per minuut. Bij een gangpad van drie meter duurt het dus ongeveer 45 seconden voordat het gewenste gangpad volledig is geopend.
“Na het verlaten van een gangpad zal de heftruck echter vrijwel altijd een handeling moeten verrichten, bijvoorbeeld richting expeditie. Door meteen bij het verlaten van het systeem − via een afstandbediening of automatisch − het commando te geven een ander gangpad te openen, zal een verrijdbaar systeem in veel situaties sneller zijn dan de heftruck”, vindt hij. Het verhaal wordt logischerwijs anders als er meerdere heftrucks worden ingezet.
Verder zijn er volgens Rappange – anders dan vaak wordt verondersteld – niet of nauwelijks extra bouwkundige kosten als de funderingen in overleg onder de railposities worden geplaatst en het palenplan wordt aangepast. “In sommige gevallen is het voor een vloerconstructeur zelfs eenvoudiger, omdat de optredende belastingen altijd op dezelfde posities plaatsvinden”, stelt hij.
Angst voor schade en storing
Omdat een verrijdbare installatie elektrisch wordt aangedreven en er gebruik wordt gemaakt van diverse besturing- en sensortechnieken bestaat er volgens Rappange bij veel bedrijven de angst dat het systeem schadegevoelig is. “De praktijk bewijst het tegendeel. Het bedienend personeel gaat er vanzelf voorzichtiger mee om, het beschikbare gangpad is meestal wat groter en de stellingen staan niet op de grond, maar op robuuste verrijdbare wagens”, verklaart hij.
Zeker bij de moderne systemen lijkt schadegevoeligheid en kans op stilstand niet aan de orde, aldus Rappange. Als er al storingen zijn, is op een display eenvoudig te zien wat de storing veroorzaakt en waar deze zich bevindt. Het eventueel vervangen van defecte onderdelen kan meestal snel en wordt zelfs vaak in eigen beheer uitgevoerd.
Ook het energieverbruik hoeft geen reden te zijn om de verrijdbare systemen niet mee te nemen in de overwegingen. Een systeem met een goede overbrenging kan met één 0,55 kW motor al zo’n 150 ton verplaatsen. Ter vergelijking; een waterkoker verbruikt 0,15 kW. Bovendien kan de verlichting worden gekoppeld aan het systeem, zodat alleen het openstaande gangpad wordt verlicht. “Al met al voldoende redenen om eens buiten de bekende paden te kijken. Onbekend hoeft zeker niet onbemind te zijn”, besluit Rappange.
Bruto opslagcapaciteit |
Opslagsysteem |
Kosten per palletplaats |
|
Palletstellingen reachtruck |
4.800 |
€ 96.000 |
€ 20 |
Palletstellingen VNA truck |
5.760 |
€ 132.480 |
€ 23 |
Inrijstellingen |
7.200 |
€ 540.000 |
€ 75 |
Satelliet systeem |
8.400 |
€ 630.000 |
€ 75 |
Verrijdbare stellingen |
8.640 |
€ 561.600 |
€ 65 |
Tabel 1 – Kosten magazijninrichting
Opslagsysteem |
Bedieningsapparatuur |
Totaal magazijninrichting |
Kosten per palletplaats |
|
Palletstellingen reachtruck |
€ 96.000 |
€ 70.000 |
€ 166.000 |
€ 35 |
Palletstellingen VNA truck |
€ 132.480 |
€ 150.000 |
€ 282.480 |
€ 49 |
Inrijstellingen |
€ 540.000 |
€ 70.000 |
€ 610.000 |
€ 85 |
Satelliet systeem |
€ 630.000 |
€ 120.000 |
€ 750.000 |
€ 89 |
Verrijdbare stellingen |
€ 561.600 |
€ 70.000 |
€ 631.600 |
€ 73 |
Tabel 2 – Kosten magazijninrichting, inclusief bedieningsapparatuur
Totaal magazijninrichting |
Gebouwkosten |
Totale investering |
Kosten per palletplaats |
|
Palletstellingen reachtruck |
€ 166.000 |
€ 1.800.000 |
€ 1.966.000 |
€ 410 |
Palletstellingen VNA truck |
€ 282.480 |
€ 1.850.000 |
€ 2.132.480 |
€ 370 |
Inrijstellingen |
€ 610.000 |
€ 1.800.000 |
€ 2.410.000 |
€ 335 |
Satelliet systeem |
€ 750.000 |
€ 1.800.000 |
€ 2.550.000 |
€ 304 |
Verrijdbare stellingen |
€ 631.600 |
€ 1.825.000 |
€ 2.456.600 |
€ 284 |
Tabel 3 – Kosten magazijninrichting, inclusief bedieningsapparatuur en gebouw
Bruto opslagcapaciteit |
Bezetting |
Netto opslagcapaciteit |
|
Palletstellingen reachtruck |
4.800 |
95% |
4.560 |
Palletstellingen VNA truck |
5.760 |
95% |
5.472 |
Inrijstellingen |
7.200 |
60% |
4.320 |
Satelliet systeem |
8.400 |
80% |
6.720 |
Verrijdbare stellingen |
8.640 |
95% |
8.208 |
Tabel 4 – Invloed bezettingsgraad
Totale investering |
Netto opslagcapaciteit |
Kosten per palletplaats |
|
Palletstellingen reachtruck |
€ 1.966.000 |
4.560 |
€ 431 |
Palletstellingen VNA truck |
€ 2.132.480 |
5.472 |
€ 390 |
Inrijstellingen |
€ 2.410.000 |
4.320 |
€ 558 |
Satelliet systeem |
€ 2.550.000 |
6.720 |
€ 379 |
Verrijdbare stellingen |
€ 2.456.600 |
8.208 |
€ 299 |
Tabel 5 – Kosten magazijninrichting, inclusief bedieningsapparatuur, gebouw en bezettingsgraad
Benodigde bruto opslag-capaciteit |
Opslag-systeem |
Bedienings-apparatuur |
Gebouw-kosten |
Totale Investering |
|
Palletstellingen Reachtruck |
3.158 |
€ 63.000 |
€ 70.000 |
€ 1.246.000 |
€ 1.379.000 |
Palletstellingen VNA truck |
3.158 |
€ 72.500 |
€ 150.000 |
€ 1.038.000 |
€ 1.260.500 |
Inrijstellingen |
5.000 |
€ 375.000 |
€ 70.000 |
€ 2.083.000 |
€ 2.528.000 |
Satelliet systeem |
3.750 |
€ 281.000 |
€ 120.000 |
€ 1.005.000 |
€ 1.406.000 |
Verrijdbare stellingen |
3.158 |
€ 205.000 |
€ 70.000 |
€ 693.000 |
€ 968.000 |
Tabel 6 – Investeringskosten o.b.v. vaste benodigde opslagcapaciteit van 3.000 pallets