De meeste magazijnen gebruiken traditionele laserscanners om barcodes op afstand te scannen, maar deze apparaten hebben zo hun nadelen. Met imagers heeft de markt de afgelopen jaren een alternatief gekregen. Deze apparaten zijn niet alleen geschikt voor het scannen van 2D-codes, maar ook voor het scannen in situaties waarin laserscanners het laten afweten.
Met een standaard laserscanner is het mogelijk om barcodes te scannen tot een afstand van zo’n één, twee en onder de juiste omstandigheden zelfs drie meter. Voor veel magazijnen en distributiecentra is dat onvoldoende. Denk aan hef- of reachtruckchauffeurs die vanuit hun stoel een barcode moeten kunnen vastleggen of medewerkers die vanaf de vloer een pallet op vier hoog in een stelling moeten kunnen identificeren.
Voor dit soort toepassingen hebben fabrikanten van barcodescanners speciale long range laserscanners ontwikkeld. Door de brandpuntsafstand van de spiegels in de scanengines te vergroten kunnen barcodes tot op een afstand van 12, 13 en soms zelfs 14 meter nog worden gelezen. Dat lukt echter alleen als de omstandigheden ideaal zijn.
Kwaliteit van barcodes
Het creëren van ideale omstandigheden begint bij de barcode, een factor die vaak wordt onderschat. Charles Worm van Motorola herinnert zich een magazijnchef die een week lang bezig was geweest om alle stellinglocaties van een barcode te voorzien om vervolgens tot de ontdekking te komen dat ze niet te scannen waren, zelfs niet van dichtbij. “Hij had geen rekening gehouden met de ‘quiet zone’, de afstand tussen de barcode en de rand van het label. Als die afstand te klein is in verhouding tot de breedte van de barcode, kan het zijn dat de scanner de rand van het label ook als een zwarte streep beschouwt”, vertelt de senior presales technical architect van Motorola.
De kwaliteit van een barcode hangt niet alleen af van de ‘quiet zone’, maar ook van de dichtheid, het contrast en het materiaal van het label. Zwart op geel of zwart op wit geven de beste prestaties. Het materiaal moet reflectief zijn, vergelijkbaar met de kentekenplaat van een auto. Een laserscanner haalt zijn informatie immers uit het teruggekaatste laserlicht, en hoe groter de afstand tot het label is, hoe minder licht er terugkaatst richting scanner. Sales manager Mario van Eijk van Datalogic: “Met onze long range scanner kunnen we tot 14 meter afstand scannen, maar dan moet dat wel een barcode zijn die gedrukt is op reflectief materiaal.”

Scannen door glas
Een andere factor die bepalend is voor de prestaties van long range scanners is de hoek waaronder barcodes worden gescand. In een smal gangpad kan het erg lastig zijn om een barcode op een hoogte van 12 meter te scannen. “Om die reden plaatsen wij de locatiescodes op hoge palletstellingen vaak op een profiel met een hoek van 30 of 40 graden. De barcodes zijn dan iets voorover gekanteld, wat het scannen ervan een stuk gemakkelijker maakt”, vertelt Ronald Pannebakker, business development manager bij CaptureTech.
Situaties waarin een laserscanner minder goed fungeert, betreft het scannen van barcodes door een dikke laag wikkelfolie, door plexiglas of door de ruit van een heftruck. Dat heeft onder meer te maken met de breking van het licht door het materiaal. “Als er een klein krasje op het plexiglas zit, wordt het teruggekaatste licht al vervormt”, aldus Van Eijk. Ook direct zonlicht kan als spelbreker fungeren.
Belangrijk is ook om het complete proces in het magazijn te bekijken. Moeten medewerkers alleen barcodes op afstand scannen of ook wel eens barcodes van dichtbij? Vaak is dat laatste het geval, bijvoorbeeld als ook barcodes op omdozen, artikelen of bijvoorbeeld pasjes van medewerkers moeten kunnen worden gescand. “Belangrijk dus om te checken of ook alle scans binnen het bereik van de scanner passen”, stelt Worm.
Omnidirectioneel

De afgelopen jaren is op de markt een alternatief verschenen voor laserscanners: imagers. Dit zijn barcodescanners die eigenlijk bestaan uit een camera. Daarmee wordt het beeld (‘image’) van de barcode vastgelegd, waarna met beeldherkenningssoftware de barcode wordt gedecodeerd. Deze imagers zijn steeds vaker ook geschikt voor scannen op afstand.
Een voordeel van imagers is dat ze omnidirectioneel zijn. Dat betekent dat ze barcodes onder elke hoek en zelfs 2D-barcodes kunnen lezen. “In magazijnen met elektronica of farmaceutische producten worden 2D-barcodes steeds vaker gebruikt om serienummers of batchnummers te registreren”, vertelt Worm.
Behalve in magazijnen met 2D-codes kunnen imagers ook een oplossing bieden voor magazijnen waarin de omstandigheden voor laserscanners niet ideaal zijn. Omdat imagers anders dan laserscanners niet afhankelijk zijn van teruggekaatst licht, hebben deze apparaten nauwelijks problemen met folie, plexiglas of ruiten van heftruckcabines.
Daarnaast hoeven medewerkers met een imager minder nauwkeurig te mikken dan bij laserscanners. Met een imager is het al voldoende als de barcode zich in het blikveld van de camera bevindt. Bij een laserscanner moet de rode scanstreep exact op de barcode worden gemikt, wat bij grote afstanden een vaste hand vereist. “Problemen kunnen ontstaan als in het blikveld van een imager zich een tweede barcode bevindt, bijvoorbeeld van een naburige locatie”, aldus Pannebakker, die aangeeft dat voor dit probleem in een aantal situaties wel technische of praktische oplossingen bestaan.

Goedkoper en sneller
Wat apparatuur betreft, zijn er weinig verschillen tussen laserscanners en imagers. Beide kunnen worden geïntegreerd in handheld terminals of in de vorm van een scanpistool met een kabel of via Bluetooth aan heftruckterminals worden gekoppeld.
Niettemin verdienen in magazijnen zonder 2D-codes en zonder complicaties laserscanners vooralsnog de voorkeur. Ze zijn goedkoper, net iets sneller en in ergonomisch opzicht soms net wat gebruiksvriendelijker. “De camera van een imager neemt soms net iets meer ruimte in beslag dan de scanengine van een laserscanner. Daardoor kan een handterminal de neiging hebben om iets voorover te kantelen”, stelt Pannebakker.
Van Eijk: “Ik ken geen magazijnen waarin 2D-barcodes worden gebruikt als locatieaanduiding. Een imager biedt dan geen toegevoegde waarde en kost alleen maar meer.”
Dichtheid van barcodes

De afstand waarop barcodes nog te scannen zijn, hangt in sterke mate af van de dichtheid van de barcode. De dichtheid wordt gemeten op basis van het kleinste element in die code, ongeacht of dat een zwarte streep of een witte ruimte is. De dichtheid wordt uitgedrukt in mil, waarbij 1 mil gelijk staat aan 0,001 inch of 0,0254 millimeter. Hoe groter de milwaarde, hoe minder dicht de strepen op elkaar staan en hoe groter de maximale scanafstand is. Leveranciers van longrange barcodescanners geven in hun brochures nauwkeurig aan wat de minimale en maximale scanafstand is bij een bepaalde milwaarde.