Het keuren van batterijen en laders is voor veel bedrijven een logisch onderdeel van het veiligheidsbeleid. Het keuren van complete laadstations is echter nog relatief onbekend. Dat is raar, want een ongeluk zit in een klein hoekje.
“Batterijen en laders worden meestal wel gekeurd, maar een laadstation als geheel keuren; dat gebeurt nog niet zo vaak. En dat is vreemd, want onzorgvuldig omgaan met tractiebatterijen en het laadproces kan tot levensgevaarlijke situaties leiden. Het batterijlaadstation mag daarom bij het keuren niet worden overgeslagen”.
Aan het woord is Tahir Koray, keurmeester bij Hoppecke Batterijen en lid van het College van Deskundigen Tractie van de BMWT. De brancheorganisatie introduceerde een aantal jaren geleden een aparte keuring voor laadstations.
Koray heeft een afspraak met Gerard van Vorselen, manager inbound logistics bij H.J. Heinz in het Gelderse Elst. De producent heeft veiligheid hoog in het vaandel staan en laat zijn laadstation voor het eerst als geheel keuren door de brancheorganisatie keuren. “Toen we een aantal jaren terug overstapten van LPG-trucks naar elektrisch aangedreven trucks, hebben we uiteraard zorgvuldig gekeken naar de wettelijke verplichtingen voor de laadruimte. Er is een zuur- en vloeistofdichte vloer aangebracht, er zijn lekbakken geplaatst. De ruimte wordt ook jaarlijks gekeurd door de gemeente. Ook worden de afzonderlijke installaties, zoals de takel, gekeurd. Maar een extra keuring van het laadstation als geheel kan nooit kwaad”, stelt Van Vorselen.
‘Verkeerde veiligheid’
“Het keuren van (de afzonderlijke facetten van) het laadstation is en blijft een momentopname. Als je vervolgens een jaar achterover leunt, is dat een verkeerde veiligheid”, weet Van Vorselen. De manager maakt daarom zelf ook regelmatig een controleronde door de laadruimte. “Dan check ik onder andere of alle hulpmiddelen nog aanwezig zijn. Er is duidelijk afgesproken dat het ontbreken van spullen moet worden gemeld, zodat we ze kunnen aanvullen, maar het kan altijd gebeuren dat bijvoorbeeld de oogspoelflessen leeg zijn”, licht hij toe.
Die duidelijke afspraken zijn volgens Van Vorselen van groot belang voor een veilig laadstation: “Als iedereen zijn gezond verstand gebruikt, is de basis goed. Onze heftruckchauffeurs melden het dan ook direct bij hun voorman als ze iets zien dat niet in de haak is. Vervolgens is het onze verantwoordelijkheid om dat op te volgen en te zorgen dat het weer goed komt.”

Criteria
Het verhaal van Van Vorselen is herkenbaar voor Koray. “In de praktijk merk je wel vaker – óók als alles goed is geregeld – dat er spullen ontbreken, zoals soda”, vertelt hij. De praktijkrichtlijn NPR 3299 (‘Veilig werken bij het laden van tractiebatterijen’) adviseert dat er in een laadstation 10 kg soda of absorberende korrels op voorraad wordt gehouden voor eventuele lekkages. “Ik snap best dat het kan gebeuren dat die voorraad ontbreekt. Het is voor de gebruiker immers geen core business. Ook daarom is een keuring van het laadstation belangrijk”, aldus Koray.
Tijdens die keuring doet Koray geen metingen. “Er wordt gekeken of de laadruimte aan alle criteria voldoet. Zijn de laders volgens CE-norm aangesloten? Hoe is de ventilatie geregeld en afgestemd op de armaturen? Is er een douche aanwezig en wordt die gespoeld in verband met bacteriën? Zijn alle beschermingsmiddelen op voorraad en vallen ze nog binnen de houdbaarheidsdatum? Zijn er voldoende en goedgekeurde brandblussers, en zijn die ook op de juiste locatie geplaatst en eenvoudig bereikbaar? Enzovoorts. Als er aan een of meerdere criteria niet wordt voldaan, doen we een aantal aanbevelingen voor aanpassingen. Als die aanpassingen zijn doorgevoerd, worden er wél metingen gedaan”, legt de keurmeester uit.
Bij Heinz is alles prima in orde en zijn aanpassingen niet nodig, constateert Koray. Met een tevreden gevoel overhandigt de keurmeester dan ook de plaquette aan Van Vorselen die als bewijs dient dat het laadstation aan alle eisen voldoet.
Wel heeft Koray nog een tip voor Van Vorselen: “Plaats de veiligheidsbrillen in brillenhouders die je onder de laders bevestigt. Zo zijn ze meteen binnen handbereik en verlaag je de drempel voor chauffeurs om ze ook écht te gebruiken.”
Juiste zorg
Heinz is niet de enige die de juiste zorg besteedt aan een veilig laadproces. Ook bij de Koninklijke Zeelandia Groep in Zierikzee wordt op alle slakken zout gelegd. Het bedrijf ontwikkelt, produceert en levert hoogwaardige ingrediënten voor brood en banket. Op de hoofdvestiging in Zierikzee is onder andere een aantal gespecialiseerde fabrieken gevestigd. Daar wordt zowel voor Nederland als voor export geproduceerd. Veiligheid staat bij de producent hoog in het vaandel. Het bedrijf heeft zelfs een veiligheidskundige in dienst in de persoon van Willem Rapati.
“Veiligheid is voor Zeelandia niet alleen belangrijk omdat we in de voedingsindustrie zitten. Minstens zo belangrijk vinden we de veiligheid voor onze medewerkers”, weet hij. Elke afdeling binnen het bedrijft ademt als het ware veiligheid uit. Dat geldt zeker ook voor het batterijlaadstation.
Legio maatregelen

Omdat Zeelandia – net als Heinz – in de foodsector actief is, wordt voor het intern transport gebruikgemaakt van elektrisch aangedreven trucks. De elektropallettrucks, stapelaars, reachtrucks en elektrische vorkheftrucks zijn uiteraard allemaal voorzien van een tractiebatterij. “Persoonlijk vind ik het jammer dat de gelbatterij nog niet ver genoeg is ontwikkeld. Dat zou alles aanmerkelijk veiliger maken. Je hebt dan een gesloten cel, geen lekkages en ook de risico’s bij het wisselen zijn kleiner.”
Een van de risico’s waar hij op doelt, is het kantelen van de batterij. Rapati: “Het komt gelukkig zelden of nooit voor, maar in alle jaren dat ik hier werkzaam ben, is het wel eens gebeurd dat een batterij tijdens het wisselen omviel. Vooral bij de hoge, smalle batterijen van stapelaars of elektropallettrucks is het risico aanwezig.”
Om te voorkomen dat in het geval van een kantelende accu de medewreker gevaar loopt, maakt Zeelandia gebruik van een speciaal ontwikkelde ‘wisselautomaat’; een aangepaste pallettruck waarmee via zuignappen de batterij in en uit de truck kan worden gehaald. De medewerker die de wisselautomaat bedient, staat dan altijd aan de veilige kant.
Daarnaast zijn er uiteraard legio andere maatregelen getroffen om de veiligheid in het laadstation te garanderen. Zo is er, hoewel de ruimte groot genoeg is voor natuurlijke ventilatie, gekozen voor een aanvullende mechanische ventilatie. Het systeem zuigt af op het hoogste punt én vlak boven de batterijen, zodat het vrijgekomen waterstofgas niet langs de laders komt.
Keuringen

Net als Van Vorselen controleert ook Rapati het dagelijkse gebruik. “Ik kijk of mensen zich aan de interne instructies houden en of er geen gevaarlijke situaties ontstaan. Een laadkabel kan bijvoorbeeld klem gezeten hebben, waardoor de isolatie kapot kan gaan. Dat soort zaken moet worden gemeld. Tijdens de inspectie controleer ik ook of de oogdouche nog werkt, of er voldoende soda aanwezig is om indien nodig het gemorste zuur te neutraliseren, of de veiligheidsbril nog aanwezig is, de vluchtwegen vrij zijn enzovoort.”
Jaarlijks beoordeelt Zeelandia zelf ook de batterijen en de laders. “De intern transportvloot is immers aan verandering onderhevig. Er komen andere typen batterijen, andere trucks; door de accu’s en laders jaarlijks te controleren, kunnen we bepalen of we nog steeds onder de explosiegrens zitten en of de veiligheid nog is gewaarborgd”, licht Rapati toe.
Daarnaast wordt de situatie met regelmaat door verschillende externe partijen gekeurd. Batterijleverancier GNB keurt jaarlijks alle batterijen en laders conform de BMWT-Keur norm. Eens in de vier of vijf jaar wordt het hele laadstation onder de loep genomen. Dan wordt onder andere gecontroleerd of het station nog voldoet aan de ATEX-richtlijnen met betrekking tot explosieveiligheid.
Verder is er de NEN 3140-keuring, waarbij één keer per vijf jaar wordt gecontroleerd of alle elektra nog aan de eisen voldoet. De brandverzekering komt een keer per jaar en controleert steekproefsgewijs een aantal risicoplaatsen binnen het bedrijf. “Zij kijken eigenlijk of de anderen hun werk goed gedaan hebben, maar kunnen soms ook aanvullende eisen stellen”, weet Rapati.
Een van de aanpassingen die Zeelandia op aanraden van de brandverzekeraar deed, is het ‘vastzetten’ van de laders. De kans dat deze van de rekken vallen, beschadigd raken en kortsluiting veroorzaken is daardoor flink gereduceerd. Met alle zorg, instructies en de genoemde controles is de veiligheid in het laadstation van Zeelandia gewaarborgd. Veiligheidskundige Rapati ziet persoonlijk dan ook geen toegevoegde waarde in een nieuwe, regelmatige keuring van vloeistofdichte vloeren, die de gemeente onlangs invoerde. “Mits de juiste voorzorgsmaatregelen zijn getroffen en er met zorg wordt gewerkt, is de milieuschade volgens mij relatief gering. Maar uiteraard zullen we ook aan die nieuwe keuring meewerken. De veiligheid van onze mensen gaat immers boven alles”, besluit Rapati.
Kijk van de keurmeester

“Gevaarlijke laadruimtes of tractiebatterijen bestaan niet. Het wordt pas gevaarlijk als mensen op een onvakkundige of onverantwoorde manier werken in de laadruimte”, stelt Tahir Koray, BMWT-keurmeester bij Hoppecke. De cijfers onderschrijven zijn stelling. Het grootste aantal ongelukken met batterijen wordt veroorzaakt door onvoldoende kennis van de techniek, het niet opvolgen van veiligheidsvoorschriften en onvoldoende onderhoud.
Verplichtingen
Uiteraard is er een aantal verplichtingen waar de werkgever aan moet voldoen (zie ook kader ‘De laadruimte’). Zo dient hij ervoor te zorgen dat de laadruimte aan alle wettelijke verplichtingen voldoet. De ruimte moet onder andere voorzien zijn van een zuur- en vloeistofdichte vloer en er dient voldoende ventilatie te zijn. Organisatorische maatregelen, zoals het instellen van een rook-, vuur- en lasverbod, mogen eveneens niet worden vergeten. Daarnaast moet de werkgever erop toezien dat iedereen die werkt in een laadruimte of met tractiebatterijen de juiste instructie of training heeft gehad. Ook moet hij regelmatig controleren of er daadwerkelijk veilig wordt gewerkt.
Maar ook de medewerker zelf is verantwoordelijk voor een veilige werkwijze. Wie met tractiebatterijen werkt wordt geacht dagelijks, voor aanvang van de werkzaamheden, de staat van de batterij te controleren. “Die controle heeft meerdere doelen”, legt Koray uit. “In eerste instantie is het een preventieve controle om vervelende verrassingen tijdens het werk te voorkomen. Daarnaast voorkom je eventuele discussies over wie nou verantwoordelijk is voor schade.”
Tips
Koray heeft een aantal tips ter voorkoming van ongevallen en kortsluiting: “Gebruik bij het wisselen van batterijen altijd veilig, niet-geleidend en gecertificeerd gereedschap. Controleer daarnaast de staat van de kabels, het juk en de koppelstukken. En zorg dat je altijd sluitende zuurbestendige kleding, een veiligheidsbril en -schoenen draagt. Leg verder nóóit metalen voorwerpen op de batterij.
Zorg er tevens voor dat de batterij altijd goed schoon blijft. Reinig hem indien nodig met een droge lap en verwijder vocht, stof en vettigheid van deksel en vuldoppen. Spoel de vuldoppen in gedistilleerd water om te voorkomen dat de ventilatieopeningen verstopt raken. Om aankoeken te voorkomen, moeten de aansluitverbindingen met vaseline worden behandeld. Maar let op; steker en contrastekers mogen absoluut niet met vaseline of iets anders worden behandeld. Ze moeten droog, schoon en vetvrij worden gehouden.”
Voor het bijvullen van de batterij wordt gedistilleerd of gedemineraliseerd (kalkvrij) water gebruikt. De platen moeten altijd onder vloeistof staan. Koray: “Vul je meer bij, dan zal tijdens het laden elektrolyt door de vulopeningen naar buiten komen. Tijdens de nalading, een noodzakelijk deel van het laadproces, neemt het elektrolyt namelijk toe in volume.”
De laadruimte
Als de laders in een ruimte een totaal nominaal vermogen van meer dan 2 kW (per uur) verbruiken, is er volgens de wet sprake van een laadstation en gelden dus ook de wettelijke regels voor laadstations. Een goed ingerichte laadruimte voldoet volgens brancheorganisatie BMWT minimaal aan de volgende voorwaarden:
- Goede bereikbaarheid van interne transportmiddelen
- Verwijderd van vuur (las, slijp, stook) werkzaamheden
- Voldoende vloeroppervlak per te laden eenheid
- Voor ventilatie tegen buitenmuur aan (natuurlijke trek)
- Afzuiginstallatie (geforceerde trek)
- Zuur- en vloeistofdichte vloer
- Geen directe zonnestralen
- Berekend op maximale vloerbelasting
- Brandblusapparatuur (bij voorkeur sprinkler)
- Vonkvrije verlichting armaturen/schakelaars
- Noodstopinrichting energienet (minimaal twee)
Daarnaast zal ook moeten worden gekeken naar andere aspecten, zoals duidelijke pictogrammen, de aanwezigheid van persoonlijke beschermingsmiddelen, aanrijdbeveiliging enzovoort.
Risico’s
Aan het laden van tractiebatterijen kleven risico’s. Er kan gasvorming (het zogenaamde knalgas) ontstaan of elektrolyt worden gemorst. Elektrolyt is een uiterst agressieve stof die de huid kan verbranden of, bij contact met de ogen, tot blindheid kan leiden. Daarnaast zijn er risico’s die samenhangen met het wisselen en hijsen van de batterij.
Een laadstation of laadplek moet daarom veiligheid bieden tegen explosierisico’s, elektrotechnische risico’s, milieurisico’s en arborisico’s. Periodieke veiligheidskeuringen moeten deze risico’s afdekken.
Batterijen keuren:
Ik werk al 25 jaar bij Flora Holland o.a in de accu-laadruimte. Ik laat mijn 850 stuks tractie-batterijen elk jaar keuren met een BKN-sticker. Wij onderhouden de batterijen zelf; 4 x per jaar worden de batterijen geïnspecteerd en schoongemaakt. Ook alle reparaties doen wij zelf. De spanningen en zuurgewichten worden door ons opgemeten en genoteerd.
De vraag die ik vaak van andere bedrijven krijg is: Is een BMWT, of BKN-keuring nog wel verplicht? Wat staat in de wet geschreven? Bij een hoop bedrijven staat de finaciële uitgave op scherp en vragen zich dan ook af: wat wenselijk is niet doen, wat verplicht is doen. Heeft u het antwoord?
Het Arbobesluit Artikel 7.4a is daar duidelijk over.
Een arbeidsmiddel dat onderhevig is aan invloeden die leiden tot verslechteringen welke aanleiding kunnen geven tot het ontstaan van gevaarlijke situaties wordt, zo dikwijls dit ter waarborging van de goede staat noodzakelijk is, gekeurd, waarbij het zo nodig wordt beproefd. Een veilige ondergrens is eenmaal per jaar.
Aanvullend op deze kwestie geeft BMWT nogmaals het belang van aparte keuringen van heftrucks en batterijen aan in dit uitgelichte blogartikel